Zieke werknemer werkt in eigen bedrijf

automonteur

Een monteur bij een garagebedrijf is arbeidsongeschikt geraakt bij een auto-ongeluk. Zegt hij. In rapportages over de monteur aan de werkgever is steeds sprake van zware medicatie en pijnklachten die het werken onmogelijk maken. De monteur blijkt echter toch auto te rijden en in zijn eigen bedrijfje te werken. Er lijkt iets niet te kloppen. De werkgever schakelt een recherchebureau in om beeldopnamen te maken bij het eigen bedrijf.

Uit de beelden blijkt dat de monteur inderdaad  in zijn eigen bedrijf aan het werk was. Als de werkgever dat hoort, ontslaat hij de monteur direct op staande voet, nog voordat hij het rapport met de beelden ontvangt. De monteur protesteert en vordert bij de rechter doorbetaling van salaris.

Volgens de rechter had de werkgever het rapport met de beelden af kunnen en moeten wachten. Nu stonden er beschuldigende details in de ontslagbrief, die de werkgever wel had gehoord, maar die niet door de beelden werden bevestigd. Daarom klopten de door de werkgever aangevoerde gronden voor het ontslag op staande voet niet. Het ontslag op staande voet vervalt en de werkgever moet enige maanden salaris doorbetalen. 

Maar de werkgever heeft uiteraard voor de zekerheid als tegenverzoek ontbinding van de arbeidsovereenkomst gevraagd wegens ernstig verwijtbaar handelen. Werknemer heeft op flagrante wijze de medische situatie onjuist voorgesteld.

Het gaat er hier volgens de rechter niet om of werknemer in staat is de bedongen arbeid in volle omvang te verrichten, maar of de werknemer willens en wetens de werkgever (en de door de werkgever ingeschakelde bedrijfsarts) heeft voorgelogen en heeft benadeeld. Dat acht de rechter bewezen. De rechter ontbindt de arbeidsovereenkomst en kent geen transitievergoeding en billijke vergoeding toe.

Tip: Ontslag op staande voet is een zware maatregel. U moet het als werkgever onverwijld doen, als daar echt reden voor is. Maar u moet het ook schriftelijk bevestigen en onderbouwen. Een lastig spanningsveld. In deze zaak zegt de rechter hierover: hoewel een ontslag op staande voet onverwijld gegeven dient te worden, is deze eis niet zo strikt dat een werkgever niet tot nauwelijks tijd zou hebben om zijn informatie te vergaren en zich te vergewissen van de feitelijke gegrondheid van de verkregen informatie. Een werkgever dient weliswaar voortvarend te handelen, maar er is gelegenheid voor onder meer het instellen van onderzoek, voor intern overleg en voor het inwinnen van (juridisch) advies.